Karien (rechts) en haar verloofde Henrike delen samen het Instagramaccount Lesbinormal: ,,We delen niet alleen maar de mooie kanten van onze relatie, maar ook de lastige.
Karien (rechts) en haar verloofde Henrike delen samen het Instagramaccount Lesbinormal: ,,We delen niet alleen maar de mooie kanten van onze relatie, maar ook de lastige." Lesbinormal

Karien en Jurrian zijn gelovig én lhbti’er: ‘Inmiddels is het iets wat ik kan vieren’

15 november 2023 om 07:31 Mensen Tips van de redactie Lhbti in Ede

REGIO Uit de kast komen is voor veel lhbti’ers een zenuwslopend moment. Hoe pak je dit aan? En hoe gaan familie, vrienden en collega’s reageren als het hoge woord eruit is? Voor wie opgroeit in een christelijk milieu kan de aanloop naar deze gebeurtenis extra beladen zijn. In dit deel van de lhbti-reeks van Ede Stad.nl doen twee gelovige lhbti’ers uit Ede hun verhaal. 

door Elyse van den Brink

Karien (31) uit Ede, schoolmaatschappelijk werker

,,Op mijn twaalfde kreeg ik mijn eerste twijfels over mijn seksuele gerichtheid. Het was me opgevallen dat ik wel erg vaak aan een jeugdleidster in mijn kerk moest denken. Dat hoorde toch niet? Ik ben toen naar mijn ouders gegaan om mijn twijfels te delen. Toch duurde het nog tot mijn 25e voordat ik écht uit de kast kwam. 

Dat ik al zo jong met mijn ouders ging praten, zegt veel over het gezin waar ik uit kom en de veiligheid die ik voelde. Alhoewel het voor mijn vader zoeken blijft hoe hij mijn relatie met een vrouw bijbels kan verantwoorden, kunnen we hier open over praten.

GEEN VOORBEELDFIGUREN

Dat het tegelijkertijd nog zo lang duurde voordat ik dit deel van mijn identiteit met de rest van de wereld deelde, zegt vooral iets over als lhbti’er opgroeien in een christelijke wereld. Ik zie nu tieners die hier met 13 jaar al volop mee bezig zijn; dat was bij mij wel anders. Ik had geen voorbeeldfiguren en er werd niet over het onderwerp gesproken. Daarbij was ik vanuit mijn eigen karakter bezig met doen wat er van me verwacht werd. 

Het duurde lang voordat ik erover uit was dat ik lesbisch ben. Ik dacht vroeger dat ik gewoonweg nooit verliefd werd - op jongens of meisjes. Maar als ik er zo op terugkijk, besef ik dat ik mezelf dit niet toestond. Want achteraf gezien had ik eigenlijk stiekem een crush op zo’n beetje iedere vrouw in de televisieseries die ik keek.

SLUIMEREND PROCES

Mijn moeder overleed in mijn tienertijd. Misschien dat ik wel eerder uit de kast was gekomen als dat niet was gebeurd. Nu was dat rouwproces de hoofdzaak waar ik mee moest zien te dealen, waardoor mijn identiteit als lhbti’er een sluimerend proces op de achtergrond werd. 

Tot ik een baan in Wageningen vond en in een team terecht kwam dat eigenlijk heel seculier was. Dat heeft heel veel uitgemaakt. In dat team kon ik eraan wennen om openlijk te zeggen: ik val op vrouwen. Het werd daar als volstrekt normaal gezien. Dat ik tegelijkertijd zei geen relatie te willen, werd juist gezien als abnormaal. Na een tijdje concludeerde ik: Dit is het, ik ben lesbisch en ik ga mezelf niet langer voor de gek houden. 

(De tekst gaat verder onder de foto.)


,,Ik ben niet alleen meer oké met mezelf en het feit dat ik lesbisch ben. Nee, ik mag het vieren.” - Eigen foto

LEVENSVERANDERENDE ERVARING

Inmiddels is lhbti’er zijn iets wat we - mijn verloofde Henrike en ik - kunnen vieren. Dat ervaarde ik sterk bij de eerste Edese Pride Walk dit jaar. Het was een levensveranderende ervaring om daar te lopen met zo’n énorme vlag en allemaal andere queers om me heen. Ik ben niet alleen meer oké met mezelf en het feit dat ik lesbisch ben. Nee, ik mag het vieren. 

Het voelt wel alsof ik daarin een voorbeeldfunctie heb. Henrike en ik delen een account op Instagram, Lesbinormal, waarop we laten zien dat er christenen zijn die ook queer zijn. Het is spannend om openlijk lhbti’er te zijn, maar juist om die reden sta ik achter wat we met Lesbinormal doen. We delen niet alleen maar de mooie kanten van onze relatie, maar ook de lastige. Zo willen we lhbti’ers die aan het begin van hun proces naar zelfacceptatie staan én hetero’s in de christelijke wereld een inkijkje geven voor een stukje herkenning en erkenning. 

Het is spannend om openlijk lhbti’er te zijn, maar juist om die reden sta ik achter wat we met Lesbinormal doen

VUUR DAT NOOIT DOOFT

Wat ik zelf nog lastig vind? Ik ben opgegroeid met het idee dat je wel romantische liefde voor iemand van hetzelfde geslacht mag voelen, maar er niks mee mag doen. Dat zit nog steeds wel in mijn hart, ook al heb ik al 2,5 jaar een relatie met Henrike. We hadden daarvoor al jarenlang een diepe vriendschap en op een gegeven moment konden we er niet meer omheen: dit was meer. Waar ik dat ‘gereformeerde schuldgevoel’ had, kon zij er relaxter in staan, omdat zij minder conservatief is opgegroeid. 

Een boek dat me in dit proces geholpen heeft, is Vuur dat nooit dooft, geschreven door de theologen René Erwich en Almatine Leene. Hierin wordt geschreven over seksualiteit door de eeuwen heen, de wetenschap en de Bijbel. Hoe we naar relaties, het huwelijk en seksualiteit kijken, is cultureel en tijdsbepaald. Tussen het moment dat de Bijbel geschreven werd en nu zijn er al zoveel inzichten geweest over goede relaties, hoe er naar vrouwen gekeken wordt, en seksualiteit. Dat besef heeft dingen wel in een bepaald perspectief gezet. Want ik vind het belangrijk om de Bijbel mee te nemen in een keuze, maar het doet er ook toe in welke cultuur je leeft.

AANZOEK

Afgelopen zomervakantie heb ik Henrike ten huwelijk gevraagd. Ik besef dat die tweestrijd in mijn hart een levenslang proces is en ik dacht: als ik blijf wachten, gaat het nooit gebeuren. Ik weet dat ik van Henrike en van God mag houden. Ik kies heel bewust voor een relatie van trouw.

Het is ons plan om in april 2025 te trouwen. We hebben dus nog even. Maar we weten niet of we wel voor onze kerk mogen trouwen. We zijn allebei actieve kerkgangers en gaan samen naar het kerkgenootschap waarin ik ben opgegroeid. 

Het is best een grote gemeente, maar zover ik weet zijn wij het enige lesbische stel. Dat gaat hoofdzakelijk heel goed. Ik voel me er thuis, het is echt een community. En er is veel veranderd de afgelopen 20 jaar. Het is moderner geworden en we kunnen geloven op een manier die aansluit bij ons. Toen we het nieuws over onze verloving deelden, kregen we veel felicitaties vanuit de kerk. Er zijn ook mensen die er wel moeite mee hebben, maar daar horen we niet veel van. 

Toen we het nieuws over onze verloving deelden, kregen we veel felicitaties vanuit de kerk

GEEN HETERONORMATIEF TROUWMAGAZINE

Soms voelt het wel alsof er door ons bepaalde keuzes gemaakt moeten worden. Vaak hou je je relatie dicht bij jezelf; nu is die van ons eigenlijk heel openbaar. Zoals ook met de kwestie omtrent het trouwen voor de kerk. Hierover zijn we in gesprek met de dominee en de kerkenraad, om te kijken wat de mogelijkheden zijn. 

Ik ben trouwens wel anders naar de waarde van een kerkelijk huwelijk gaan kijken. Hoe we daarnaar kijken, is eigenlijk ook maar zo bedacht. Henrike en ik willen op onze grote dag zeker een kerkdienst houden om om Gods zegen te vragen. Maar het is ook oké als die er anders uit komt te zien dan bij een heterostel. 

Ondanks dit vraagstuk ervaar ik het proces tot nu toe nog niet als heel stressvol. Ik had vroeger nooit gedacht te kunnen trouwen. Ik had er misschien ook wel een soort aversie tegen ontwikkeld. Dat is nu wel veranderd. Ik heb veel plezier met brainstormen over hoe onze trouwdag eruit komt te zien. Onlangs gaf een tante van Henrike ons een trouwmagazine, met de boodschap dat ze van alle tijdschriften de plasticjes af had gehaald omdat ze zeker wilde weten dat ze ons geen heteronormatief magazine zou geven. Het is fijn om die steun te voelen. Ik kijk heel erg uit naar de toekomst samen met Henrike.”

(De tekst gaat verder onder de foto.)


,,Ik vind het mooi om te zien dat we jongeren een plek kunnen bieden waar ze zichzelf kunnen zijn. Dat is wat mij betreft ook juist het zoeken naar jezelf.” - Eigen foto

Jurrian (25) uit Ede, onderzoeker bij Wageningen Environmental Research

,,Ik kom zelf oorspronkelijk uit Boskoop, uit een erg kerkelijke omgeving waar homoseksualiteit niet geaccepteerd wordt. Tenminste: je mag het wel zijn, maar je mag het niet praktiseren. Zo rond mijn dertiende kwam ik erachter dat ik op mannen val. Dat vond ik lastig, want ik was erg kerkelijk betrokken. Ik had verschillende rollen waar ik veel voldoening uit haalde. Ik verkoos ze boven mijn eigen seksualiteit. Het was erg dubbel, want ik haalde plezier uit die rollen en verlangde naar een fijne omgeving met mijn vrienden, maar anderzijds schoof ik ook een ander deel van mijzelf dat van essentieel belang was aan de kant om dat in stand te houden.

HET KAN WÉL

Op mijn 18e ging ik uit huis om te studeren in Wageningen en rond mijn 19e of 20e kwam ik op de CHE terecht voor werk. Ik kwam in aanraking met de organisatie Lhbt op de CHE, en in het bijzonder met iemand die erg open was over lhbti-thema’s. Ik vond het toen nog heel spannend om mezelf te zijn. Fout en zondig. 

De reformatorische studentenvereniging waar ik deel van uitmaakte, de kerk, en bepaalde vrienden die ik had, stelden me destijds eigenlijk ook voor een keuze: óf je sociale veiligheid óf je seksualiteit. Dan houdt het een keer op. Ik kwam erachter dat homoseksualiteit helemaal niet fout en zondig is. Overigens waren er in dit hele proces altijd wel plekken waar ik me geaccepteerd voelde - ook al vond ik het spannend om ernaartoe te gaan - en vrienden die me op het hart drukten: het kan wél.

Rond mijn 20e vond ik het nog heel spannend om mezelf te zijn

IN HET DNA

Tijdens de pandemie ging ik bij mezelf te rade: wil ik eigenlijk nog wel naar de kerk? Uiteindelijk vond ik mijn plek bij de Lutherse kerk in Ede. Daar vonden al kerkelijke huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht plaats voordat het voor de wet kon. Lhbti-acceptatie zit in hun dna. Er gebeurt ook veel met kunst, dat vind ik zo mooi aan deze specifieke gemeente. Er is onder meer een technisch hoogstaand koor, er zijn regelmatig voordrachten, kinderen voeren toneelstukjes op, en soms wordt er bij een dienst ter aanvulling een schilderij bij gepakt.


ADEMRUIMTE VOOR JONGEREN

Ik verberg niet meer dat ik homo ben. Ik heb ook weleens wat gedatet via Tinder. Als er een leuk persoon voorbij komt dan is dat fijn, maar daten kost ook veel energie. Verder ben ik nu een klein jaartje betrokken bij de lhbti-jongerenorganisatie Fierce. Eens per maand organiseren we het Queercafé en een paar keer per jaar is er een feestje. 

Ik vind het mooi om te zien dat we jongeren een plek kunnen bieden waar ze zichzelf kunnen zijn. Dat is wat mij betreft ook juist het zoeken naar jezelf. Om maar een voorbeeld te noemen: welke voornaamwoorden vind je prettig? Het is een veilige plek om te experimenteren. Want de samenleving is best wel hard; er is weinig ademruimte om jezelf te ontdekken.

Natuurlijk had ik zelf ook wel zo’n plek willen hebben toen ik jonger was. Tegelijkertijd denk ik: het is gelopen zoals het is gelopen, dit is het pad dat ik heb bewandeld. Je ontvangt ook veel terug bij de Fierce-avonden. Wanneer je andere mensen, bijvoorbeeld ouders van de bezoekers, iets positiefs ziet doen op het gebied van lhbti-acceptatie en -normalisatie en denkt: zo kan het dus ook. 

De samenleving is best wel hard; er is weinig ademruimte om jezelf te ontdekken

HET BLIJVEN JE OUDERS

Ik woon al een tijdje niet meer thuis, dus in Boskoop heb ik niet veel meer. Alleen mijn ouders en twee jongere broertjes. Mijn ouders komen uit een andere generatie en zien soms dingen anders. We zoeken naar een vorm die voor ons allemaal past. Ik deel niet alle details van mijn leven met ze - dat lijkt me ook wel zo gezond - maar ik kan wel bij ze terecht. Toen ik vorig jaar aan het daten was met een jongen en dat vervolgens op de klippen liep, heb ik er thuis over verteld. Mijn moeder luisterde wel gewoon naar me en troostte me. Het blijven toch je ouders en ze zeggen ook altijd zelf: we blijven altijd van je houden, wat er ook gebeurt.”

Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.

Je vindt alle tot nu toe gepubliceerde artikelen van de lhbti-reeks op Bennekoms Nieuwsblad.nl in dit dossier.


Elyse van den Brink
Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie